ChristenUnie: onderzoek behandeling teruggekeerde Joden

VRIES - Het vieren van 75 jaar bevrijding kan alleen als ook recht is gedaan aan de slachtoffers. De fractie van de ChristenUnie in de gemeente Tynaarlo vraagt het college van B en W daarom na te gaan of in de voormalige gemeenten Eelde, Vries en Zuidlaren na de Tweede Wereldoorlog eerlijk en fatsoenlijk is omgegaan met de teruggave van inbeslaggenomen eigendommen van Joodse inwoners. 

Fractievoorzitter Henny van den Born van de ChristenUnie in Tynaarlo: ,,We vieren dit jaar in alle rust het feit dat Nederland 75 jaar geleden werd bevrijd van de bezetting door Duitse troepen. En meer dan dat: het schrikbewind van Hitler kwam tot een einde, de concentratiekampen gingen open, vele gevangenen werden bevrijd. Zij gingen op weg naar huis. Er moest in die tijd veel geregeld worden en de middelen waren beperkt. Dat kan voor een deel verklaren waarom de terugkeer van de gevangenen vaak niet veel aandacht kreeg. Langzamerhand wordt echter steeds meer bekend over de lotgevallen van deze landgenoten, met bijzondere aandacht voor de situatie van de Joodse inwoners. Hun bezittingen waren meestal in beslag genomen en verkocht. Zij werden geconfronteerd met onbegrip, bureaucratie en zelfs vijandelijke houding van Nederlanders. 

Naar aanleiding van berichten in de pers wordt in een aantal gemeenten nagegaan wat gebeurd is met inbeslaggenomen eigendommen van gedeporteerde Joden. De ChristenUnie wil graag dat ook Tynaarlo zo’n onderzoek verricht voor de voormalige gemeenten Eelde, Vries en Zuidlaren. Van den Born: ,,Het gaat slechts om weinig mensen en om nog minder overlevenden. In Zuidlaren zijn bijvoorbeeld slechts zeventien Joodse inwoners teruggekeerd. Gedenken betekent ook in je gedrag laten zien dat je geleerd hebt. Uit het onderzoek zal blijken of er een misstand moet worden rechtgezet, of dat het goed gegaan is en we écht bevrijding kunnen vieren.”